Wethouder Paul Dirkse: 'Het uitgangspunt is dat iedereen kan meedoen'

Uit cijfers blijkt dat dat we in Leiden méér bewegen dan het landelijk gemiddelde. Dat is een prestatie op zich, maar de gemeente Leiden legt de lat de komende vier jaar nog een stukje hoger. De ambitie is om het percentage Leidenaren dat voldoet aan de richtlijn 'beweegt voldoende' te verhogen van 71 naar 80 procent. Hoe? Dat vertelt wethouder Paul Dirkse (Kennis, Onderwijs, Sport en Financiën).

De gemeentelijke ambities staan omschreven in het beleidskader Sport en Gezondheid 2019-2023 'Samen maken we de stad gezond en actief'. Wat direct opvalt is dat het stuk gaat over sport én gezondheid. Een bewuste keuze. Dirkse: "Dit integrale beleid hebben mijn collega Marleen Damen(gezondheid) en ik samen opgesteld. Je kunt sport gebruiken als doel om plezier te hebben, jezelf uit te dagen en beter te worden. Je kunt sport ook gebruiken als middel om gezonder te leven en om sociaal actief te zijn. Wat de reden van mensen om te sporten ook is – doel of middel – wij willen zoveel mogelijk Leidenaren in beweging krijgen en houden. Het uitgangspunt is dat iedereen kan meedoen."

Clubhuis van de buurt

'Meedoen' betekent dat iedere Leidenaar moet kunnen sporten, bewegen en spelen in zijn of haar nabije omgeving. "We gaan verbindingen leggen tussen wijkvoorzieningen, scholen en sportverenigingen", zegt Dirkse. "Een sportpark krijgt meer de functie van clubhuis van de buurt, waar zeven dagen per week activiteiten plaatsvinden. Waar niet alleen de sportvereniging gebruikmaakt van de faciliteiten, maar bijvoorbeeld ook kinderopvang, bewegen voor senioren en andere sportaanbieders. Een ontmoetingsplek voor alle bewegende doelgroepen."

Hard nodig

Naast investeringen in een nieuw sportcentrum, zwembad en ijshal is het nu tijd voor de outdoor sportparken, te beginnen met De Mors. Dirkse: "Heel eerlijk: dat is hard nodig, want we hebben te lang niet geïnvesteerd. Daarnaast nemen we sportvoorzieningen integraal mee in de plannen om de openbare ruimte opnieuw in te richten. Een mooi voorbeeld is het Singelpark, waar fitnessapparatuur wordt geplaatst en rekening wordt gehouden met hardlopers. Met extra sportfaciliteiten in de openbare ruimte sluiten we aan bij de trend dat mensen individueel willen bewegen."

Niet alleen

De ambitie is om óók mensen aan het bewegen te krijgen die dat nu nog niet doen. "Daar ligt een grote uitdaging", erkent Dirkse, "en dat kunnen we als gemeente niet alleen. Vandaar dat we nadrukkelijk onderwijs en welzijn betrekken bij ons sportbeleid. We maken meer geld vrij voor sportstimulering, waar zowel verenigingen als andere sportaanbieders nieuwe activiteiten mee kunnen organiseren. En we blijven investeren in buurtsportcoaches. Zij richten zich nu nog voornamelijk op naschoolse sportactiviteiten, maar moeten op termijn meer doelgroepen gaan bedienen en meer zichtbaar worden in de wijken."

Integrale aanpak

Naast ambities rondom bewegen zijn in het beleidskader ook doelstellingen opgenomen over het percentage Leidenaren dat actief is in de samenleving, een gezond gewicht heeft en verantwoord omgaat met genotmiddelen als alcohol, drugs en roken. Die samenhang wordt ook wel integrale aanpak genoemd. "Het is een logische vorm, omdat sport en gezondheid in elkaars verlengde liggen", zegt Dirkse. "Door versterking en verbreding van het sportaanbod vergroten we de waarde van sport voor een vitaal Leiden." Het sport- en gezondheidsbeleid ligt tot en met 30 april ter inzage. Kijk op www.leiden.nl/inspraak.